maandag 11 mei 2009

dag 620

090501 – 8.35: per fiets naar het station * 8.58: perron 5, trein naar Brussel-Zuid * Marquez, De kolonel krijgt nooit post en Mann, Roem en verliefdheid * 10.07: perron 21, trein naar Charleroi-Sud * Mann * sms van J met medeleven * sms van S: vindt ‘Riva Retour’ een goede titel

11.15: bus ‘Aeroport’ (en niet ‘Aeropole’, zijnde de lijn 68; korte gedachtewisseling daarover met een jongeman die via Bratislava naar Wenen reist) * naast mij op de bus zit een Iraans ogend type * 11.40, desk van ‘Airport Brussels South’: inchecken voor vlucht FR4527 van Ryanair naar Bergamo * op het vliegtuig steelt een van de twee airhostessen, die met de gulle mond en het zwarte opgestoken haar, de show

twee stoelen naast mij maakt een jonge vrouw een opmerking over de Mozart die uit de boxen schalt, ik zeg dat het beter de Italiaan Verdi ware geweest maar de pointe ontgaat haar * op het laatste ogenblik neemt op het lege zitje naast mij een jongeman plaats; hij zal de hele reis geen woord zeggen * de zeer beweeglijke airhostess is zeer moeilijk te fotograferen * 13.45: landing in Bergamo (= Milano Orio dal Serio); ik heb niet 1 Alp gezien, niet 1 woord gezegd * tijdens het wachten op de bus naar het station van Bergamo spreekt de kleine vrouw met het rode koffertje, die ik eerder al in Charleroi had gezien, me aan met een Gents accent * in de bus is het erg benauwd; ik zie op straat verkiezingsaffiches voor extreem-rechtse partijen

in het station groet de plaatselijke gek de loketbeambten met opgestoken wijsvinger en pink; zijn aangezicht heeft iets duivels, het is niet prettig om op je weg naar een begrafenis zo iemand aan te treffen * wachtend op de trein valt het me op dat hier meer dan 1 op de 2 mensen zwart is * 15.07: trein naar Brescia; de man aan de andere kant van het gangetje leest, in het Nederlands, De monnik die zijn Ferrari verkocht van Robin Sharma
in de toiletruimte van het stationsbuffet van Brescia zijn er drie wc’s: uomini, donne en ‘trans’ * 16.35: trein naar Dessenzano * je reist al van in Charleroi gelijk op met enkele mensen; het gezelschap dunt steeds verder uit; je knoopt geen contact aan omdat je toch weet dat je elkaar spoedig voor de laatste keer zult zien maar toch ontstaat een gevoel van verbondenheid en daardoor, toch, de behoefte om met elkaar te spreken; de onuitgesproken band wordt hoe dan ook intenser naarmate er meer mogelijke punten van uiteengaan worden ‘overwonnen’; er is de angstig kijkende dame met het rode koffertje, er is de man die het wijsheidsboek leest, en er is ook nog een man met een paars-gele pull en een groene tas

in Dessenzano heb ik meer dan anderhalf uur tijd, de bus naar Riva vertrekt pas 18.30 * ik drink een koffie in Snack Bar da Charly tegenover het station; een donker geklede vrouw met zonnebril, duidelijk aangeschoten, begeleid door een in chique kostuum en gele stropdas geklede man; wanneer de man naar het toilet is, gaat de barman de vrouw verzoeken om niet zoveel kabaal te maken; wanneer zij tegenpruttelt, mummelt de barman, buiten haar gehoorbereik, dat het hem niet interesseert, als ze maar ophoudt; wat later roept hij van achter zijn toog: Donatella, basta basta basta!
de vrouw komt aan mijn tafeltje zitten maar wanneer ik haar eindelijk heb duidelijk gemaakt dat ik onvoldoende haar mooie taal beheers om haar te troosten, schudt ze mij de hand en vertrekt; de café-uitbaatster, die inmiddels ook ten tonele is verschenen, komt zich verontschuldigen: Excuse me, she has trouble in her life * iemand in het café noemt de naam Sabrina en ik herinner me dat de airhostess met het opgestoken haar ook zo heette My name is Sabrina, etcetera…

ik maak een wandeling door Dessenzano, van het station tot aan het meer en dan tot boven aan het kasteel, terug naar het meer en dan opnieuw naar het station; ik eet een broodje met ham, kijk naar de prijzen van de schoenen in de etalages, zie aan een restaurant een plakkaat met het opschrift dat Hemingway daar niet heeft gelogeerd en probeer in een paar foto’s de sfeer van het verlaten toeristische stadje te vatten; ik zie futen op het Gardameer en koop een tube tandpasta; in het bushokje vraag ik uitleg aan een Italiaanse jongen: ik had uit het onvertaalde opschrift maar half begrepen dat ik eerst een ticket moest aankopen in de bar van het station – daar is nog net genoeg tijd voor; dat ticket kost slechts € 5,10: het openbaar vervoer is bijzonder goedkoop * op de bus experimenteer ik wat met het cameraatje op mijn compact toestel en met de koptelefoon van mijn iPod


ook de paars-gele pull stapt op; hij vergezelt mij de hele 1 uur en 50 minuten durende rit op de westelijke oever van het Gardameer tot in Riva, waar ik precies 20.20, zoals aangekondigd, in de terminus ‘Autostazione’ wordt opgewacht door E * P heeft lekkere spaghettisaus klaargemaakt; we praten over F