zaterdag 5 januari 2013

schrikkel 349


Mijn buren hebben hun gebouw verlaten maar je weet maar nooit dat die dubbele deur nog eens van binnenuit wordt geopend. Daarom heb ik mijn bed ernaast geïnstalleerd, al was het in de hoek toch wat gerieflijker geweest. Ik lig nu tegen een stuk muur met fraaie sierlatten. Eentje ervan is losgekomen, maar dat kan me niet deren. Alles bij elkaar vind ik het wel een mooie slaapkamer, aangenaam van proporties en kleuren. Hoog en droog, daar in die zuilengang. Alleen jammer dat mijn kamer maar twee muren heeft en rechtstreeks op de straat uitgeeft. Dat geeft inkijk (niet dat ik veel te verbergen heb) maar vooral: het tocht er wel eens en verwarmen is onmogelijk. Toch kan ik, zoals iedereen, overdag gewoon mijn bed laten staan. Geen mens is geïnteresseerd in mijn karton. En als het al eens is meegenomen, weggewaaid of door een slagregen onbruikbaar gemaakt, dan vind ik er wel vlug een nieuw.