vrijdag 17 juni 2016

& 53




LANGEWAEDE

Nogal wat mensen houden halt in Merkem. Bij de ‘Onze-Lieve-Vrouw van de Langewaede’, meer bepaald. Ze gaan er bidden, of hun dorst lessen in de afspanning aan de overkant van de weg. Als ze beide doen, moeten ze wel oppassen bij het oversteken. Op de kaarsrechte provinciebaan tussen leper en Diksmuide, vroeger de heirweg van St.-Omer naar Aardenburg, wordt er niét stilgestaan.

De kapel van de Onze-Lieve-Vrouw van Langewaede staat alleen in het veld, op wat vroeger de oever was van een op gezette tijden blank staande laagte, de Langewaede. Daar was het soms ‘lange waeden’. Heel wat veldslagen werden er geleverd, de hevigste tijdens de Eerste Wereldoorlog. De streek lag in de frontlijn. ‘Noch huis noch kruis’ bleef toen overeind. En duizenden sneuvelden. Dat kon geen Lieve Vrouw verhinderen.

De in 1925 heropgebouwde kapel moest wijken voor het rechttrekken van de weg. Wat er nu staat, is een bouwsel uit de jaren zestig, ‘in moderne doch zeer efficiënte stijl’. Zo luidt de milde formulering in het foldertje, dat naast de devotiekaarsen ligt en tien frank kost.

In deze kapel is tot en met 6 juli, elke dag van 10 tot 18 uur, een kleine tentoonstelling te zien met kunstwerken van onder meer Dan Van Severen, Willem Cole, Philip Van Isacker, Benoît en Sempé. Kunst in een levende kerk, inderdaad, en niet in een afgedankte zoals wel meer gebeurt. Gaat het dan om religieuze kunst? Kan dat nog wel, religieuze kunst? Daar moet u zeker eens bij stilstaan.

Minder daarom uw vaart, houd zelfs even halt in Merkem.

Deze column verscheen twintig jaar geleden in De Standaard van 17 juni 1996