zaterdag 24 september 2016

de herfst van 2016 – 3



71 Fragmente einer Chronologie des Zufalls (1994) van Michael Haneke deed me terugdenken aan een televisiefilm die ik ooit zag over de bomaanslag op het station van Bologna in 1980. Ik kan de gegevens van die film niet terugvinden, maar ik weet wel nog dat het een heel aangrijpende film was omdat je – uiteraard in een fictieve dimensie – meereisde met toekomstige slachtoffers: ze zijn allemaal op weg naar hun einde, alleen, ze weten het niet. Maar jij weet het wél, je zou hen willen waarschuwen… Bovendien lijken de ketens van toevalligheden die ertoe bijdragen dat ze uitgerekend op dat fatale moment op die verkeerde plaats zullen zijn allemaal zo futiel… Het zijn vaak niet méér dan onnozele coïncidenties… Zulk een perspectief is ondraaglijk. Stel je voor dat je zo’n kijk op je eigen leven en dood zou hebben, en dat je, evengoed als de toeschouwer van zo’n film, niet zou kunnen ingrijpen.

71 Fragmente is een harde film. Het verhaal speelt in de vroege jaren negentig in een grauw en grijs Wenen. De oorlog in Joegoslavië – dat moet een van de snelst vergeten gruwels in de wereldgeschiedenis zijn – was volop aan de gang. Vluchtelingen sijpelen Europa binnen op zoek naar een leven, maar de levens die hier worden geleden lijken weinig benijdenswaardig. Of juister: ze kunnen alleen in de ogen van wie de gruwel heeft meegemaakt benijdenswaardig lijken. Het beeld van een echt voorspoedig en gelukkig Europa is vooral een bééld, zo lijkt het wel. De kindvluchteling die door Haneke wordt gevolgd, komt van een verhitte strijd om het bestaan in een ijzige vrede terecht, een gefragmenteerde samenleving van malcontente eenzaten. Gefragmenteerd, inderdaad: meer verklaring hoeft de structuur van de film, die zeer nadrukkelijk verknipt is in afzonderlijke sequenties, niet te krijgen. Zo zien we, in een van die fragmentenreeksen, de gruwel van een huwelijk waarin, zoals de Engelsen het dan zo mooi zeggen, love has grown cold. We volgen enkele grootstedelijke enkelingen, wetende dat ze zich, gedreven door 71 toevalligheden, naar hun onzinnige dood spoeden: ze zullen het slachtoffer worden van een wild om zich heen schietende jongeling die, ook al als gevolg van banale toevalligheden, de pedalen is kwijtgeraakt.

Haneke gebruikt een onopgesmukte grootstedelijke achtergrond als decor. Hij toont ons de stad zoals een ongenode gast die te zien krijgt – en dat levert geen geflatteerd portret op, zeker niet in de donkere dagen voor kerstmis. De grootstad is grijs en luidruchtig, alles gaat vlug (of staat stil), de mensen lopen langs elkaar heen. Hanekes beelden zijn nauwelijks twintig jaar geleden gemaakt en toch lijkt alles in zijn uiterlijke verschijning al danig verouderd. De automodellen, de kleren en vooral de grootstedelijke technologie, waar Haneke een bijzondere aandacht voor heeft: bewakingscamera’s, beveiligingsinstallaties, telefonie, computers – al die dingen die in die jaren steeds nadrukkelijker hun plaats opeisten, een plaats tússen de mensen, en dan niet zozeer als verbinding maar veeleer als scherm, afbakening, hindernis. En dan moesten internet en mobiele telefonie nog hun intrede doen!

Op de dvd stond ook een interessant interview met de regisseur. Haneke legt uit hoe hij vermijdt om schoonheid en gruwel rechtstreeks te tonen. Wie aan de verleiding toegeeft om dat wél te doen, belandt in de banaliteit. Schoonheid is een genade, zegt Haneke. Voor wie haar probeert te grijpen, vlucht ze weg. Ik denk dat hij gelijk heeft en dat het met de liefde ook zo is.