donderdag 24 januari 2013

schrikkel 358


Ik herinner mij de brugdraaier aan de Gentpoort. Ik was nog een kind en aangezien ik niet vaak de stad in ging, heb ik hem niet vaak bezig gezien. Maar toch een paar keer: een man, met pet en sigaret, die, zwengelend aan een groot draaiwiel, manueel de brug opendraaide: het grote ijzeren gevaarte werd via een systeem van hefbomen en kabels langzaam opgelift tot het hoog genoeg lag om de wachtende aak onderdoor te laten varen. Later werden de bruggen geautomatiseerd, maar ze moesten nog altijd worden bediend door een fysiek aanwezig persoon die op basis van visuele beoordeling het scheepvaartverkeer regelde – tot grote ergernis van de steeds talrijker wordende automobilisten en fietsers die de stad in of uit wilden. Ergens achterin de jaren tachtig, vlak voor de digitale revolutie en de omwenteling in de algehele communicatie- en controletechnologie, kreeg elke brug over de Brugse Ringvaart een brugbedienershuisje met een raam dat uitzicht bood op de brug en de algehele verkeerssituatie in de onmiddellijke omgeving van de brug. Die infrastructuur werd niet veel later overbodig omdat voortaan de hele Ringvaart vanuit een centraal punt werd bediend – met behulp van camera’s en wat weet ik al niet meer. De huisjes kwamen leeg te staan en staan nu al een hele tijd te verkommeren. Ook het huisje aan de Dampoort, dat nu lijkt te worden weggedrumd door een groot appartementsblok. Het zal wellicht binnenkort worden afgebroken – en dan zal het zijn alsof het er nooit heeft gestaan.