In Van Dale staat sub ‘opgelaten’ (‘in een moeilijke, onaangename, lastige toestand verkerend’) dit voorbeeld tot gebruik van het woord: ‘wat voel je je onmachtig en opgelaten wanneer je de landstaal niet machtig bent’.
Jeroen Brouwers, Sisyphus’
bakens, 19
ǁ
Zonder enige vorm van protest stemde ik toe en beloofde
samen te gaan wandelen, vermoedde dat ze bang was alleen gelaten te worden in
een huis dat ze nog niet kende, dat ze zich opgelaten voelde door de extra
gaste en door het geheim van de nieuwe zwangerschap, iets wat ze nog niet wilde
vertellen aan de Merwins uit angst dat het weer mis zou gaan.
Connie Palmen, Jij
zegt het, 181
